“Het meldpunt fouten in overheidsregistraties (MFO) helpt burgers, bedrijven en overheidsorganisaties bij het corrigeren van een fout in overheidsregistraties.”
Ik weet niet hoe het u vergaat bij het lezen van dergelijke initiatieven van de (rijks)overheid maar bij mij gaat de vlag niet het raam uit. Op zichzelf is dat natuurlijk vreemd en jammer. Aangezien er, zoals de tekst laat zien, erkenning is voor het feit dat er wel eens iets fout kan gaan en dat er hulp wordt aangeboden. Vanwaar dan dat vervelende, bijna schurende gevoel?
Dat heeft alles te maken met de valkuil waar ‘de overheid’ als logge, bureaucratische organisatie steeds opnieuw induikt. Men gaat elk probleem te lijf met nieuwe systemen, procedures en richtlijnen. Zo ontstaat een oerwoud aan regeltjes en stroomschema’s vanuit de idee dat we de werkelijkheid daarmee onder controle hebben, of zelfs beheersbaar maken.
Inmiddels weten we toch, zo zou men denken, dat die ingewikkeld opgetuigde systemen en die onoverzichtelijke procedures en richtlijnen meer problemen veroorzaken dan ze oplossen?
Einsteins lessen dringen maar moeizaam door ten burele van de overheid; We kunnen een probleem niet oplossen met de denkwijze (de logica) waarmee het is veroorzaakt.”
Het verbaast mij eigenlijk niet eens dat de betreffende website een route beschrijft die al even ondoorgrondelijk is dan alle overige routes. Ronduit bizar is het dat na enkele muisklikken een opsomming volgt van de verschillende instanties waar gegevens mogelijk fout zijn opgeslagen of geregistreerd (‘maak uw keuze’) en men weer op de vaak volstrekt onoverzichtelijke homepagina van bijvoorbeeld het UWV of de SVB (‘heeft u uw digiD bij de hand’?) belandt. Alwaar de zoektocht opnieuw begint. Als het daarná toch allemaal niet gelukt is kan ‘heel eenvoudig’ op de website van MFO een formulier worden ingevuld en een melding worden opgemaakt. Het is tenslotte een Meldpunt. Bent u er nog?
Hoeveel affaires en enquete-commissies moeten nog volgen alvorens het roer om gaat? Wanneer wordt het al vele jaren gepredikte adagium over de menselijke maat werkelijkheid?
Mijn vlag gaat het raam uit als ik binnenkort bij een van betreffende overheidsdiensten zonder doorkiesmenu een medeburger aan de telefoon krijg die de eigen naam noemt, mij vriendelijk te woord staat en vraagt: “Goedemorgen. Waarmee kan ik u van dienst zijn?”
Zo moeilijk kan dat toch niet zijn?
Januari 2021